We moeten helaas nog even wachten op Orakel. Ik vind het heel rot, omdat ik veel zin heb in de lancering, maar vooral omdat júllie nu nog langer moeten wachten om het verhaal te kunnen lezen waar ik met zoveel plezier aan heb gewerkt. We leven in een ontzettend ingewikkelde en onzekere periode en er is de afgelopen weken steeds weer op het hoogste niveau goed overlegd geweest over wat het best is, niet alleen voor het boek, maar ook voor de boekhandel. Daarom is nu besloten dat Orakel zal verschijnen op de eerste dag dat de boekhandel haar deuren weer mag openen. We hopen net als iedereen dat dat 3 maart zal zijn.
Misschien denk je nu: maar ik heb het boek toch al voorbesteld, kan ik het dan niet alvast krijgen? Ik ken de frustratie. Ik had kaartjes voor Queen in Londen en Nightwish in Amsterdam, twee concerten die ik heel graag wilde zien. Het wachten duurt lang. Maar ik wil je oproepen: blijf voorbestellen. Schrijvers hebben het nodig. De boekhandel heeft het nodig. En Orakel heeft het nodig: door jouw steun en enthousiasme krijgt Orakel straks de lancering die het verdient.
We werken aan een heel vet lanceringsevenement, waar jij gratis bij kan en mag zijn. We werken aan kleinschalige, digitale Orakel-boekenclubs, waar we elkaar uitgebreid kunnen spreken. Het wordt erg leuk. Alleen: nog heel even geduld.
- Thomas
Mammoet III:
vreemde gebeurtenissen
voor de explosie
De ontploffing op het productieplatform, vandaag twee maanden geleden,
was het eerste ongeluk in de offshore-industrie op de Noordzee in jaren.
Toch is dat niet wat de overlevenden achtervolgt.
Door Thomas Olde Heuvelt
Woensdag 6 januari 2021
“De kreupele mammoet rees uit de golven en weerstond het genadeloze beuken van de Noordzee tegen zijn poten alsof hij dat al duizenden jaren had gedaan, maar zijn verzet zou breken. Hij stond op instorten.”
Ik vond het mooie symboliek. Ik trof het aan tijdens mijn research voor Orakel in het schaderapport van Aurora Offshore. Auteur is Vincent Becker, een inspecteur van het ontmantelingsbedrijf dat de schade aan de Mammoet III in kaart moest brengen.
Becker zet geen voet meer op de Mammoet. Niet vanwege de herinnering aan zijn vier omgekomen collega’s. Zelfs niet vanwege het instortingsgevaar. Maar vanwege een nare ervaring die hij heeft gehad tijdens de laatste van drie inspectietrips. “Ik heb er nooit eerder over gesproken. Over wat ik daar heb gezien, onder in Trappenhuis C.”
'Zoiets geeft je de kriebels.'
“Vroeger hield ik van het offshorewerk, maar de eindeloze dienstwissel van twee weken in krappe bunkbedden die je met een collega deelt, is een steeds grotere tol gaan eisen. Het zijn lange, harde dagen en bovendien hou ik er niet van hoe snel het donker komt op open zee. Een operationeel boorplatform gloeit 24/7 op als een industriële kerstboom, maar zodra de zon achter de horizon verdwijnt, is het alsof het in een gitzwart vacuüm drijft. Zoiets geeft je de kriebels.”
“Je moet er niet aan denken. Het is een van de gevaarlijkste werkplekken op aarde,
en we volgen strikte veiligheidsvoorschriften. Dat het dan toch zo mis kan gaan...”
De boorputten waren ten tijde van de explosie met beton afgedicht waardoor een milieuramp werd voorkomen, maar vanuit de lucht kun je goed het gapende gat zien in het hart van de opgestapelde dekken en buizensystemen. Zelfs de woontoren, waarop het helidek zich bevindt, is zwartgeblakerd en onbewoonbaar geworden. Toch is dat niet waar het gevaar schuilt.
“De constructie is uit het lood geslagen. We hebben scheuren ontdekt in het staal van twee van de pijlers en nu is het ogen dicht en fingers crossed dat het de winter overleeft. Een krachtige orkaan met hoge golven kan theoretisch het hele gevaarte laten instorten. In feite zijn we verwikkeld in een race tegen de klok om uit te vogelen hoe het eiland straks kan worden opgelicht zonder dat het simpelweg in tweeën splijt, terwijl we onderwijl een potje Russische roulette spelen met de natuur."
De Mammoet III bevindt zich op 265 kilometer ten noordwesten van Den Helder, op het Nederlandse economische gedeelte van een ondiepte die de Doggersbank heet. Twee jaar geleden staakte het zoals zoveel platforms op de Noordzee zijn productie omdat het olieveld was uitgeput. De vaste crew van honderdvijfenzestig man werd teruggeschroefd tot een veertienkoppige onderhoudsploeg terwijl de kolos wachtte op hoe de politiek en Aurora Offshore een ontmantelingsstrategie uitvochten.
Recycling van offshore platforms is een miljardenindustrie, maar is niet altijd een kwestie van alle rotzooi opruimen. Na jaren van productie zijn de pijlers onder water een rif geworden voor koudwaterkoraal, dat een ontzettend waardevolle habitat vormt voor allerlei zeldzaam zeeleven. Haal je ze weg, dan verstoor je het ecosysteem. Het plan voor de Mammoet III was om de zuilen net onder het wateroppervlak af te snijden, het platform met het enorme hefschip de Pioneering Spirit van zijn sokkel te lichten en hem naar een scheepskerkhof op de Maasvlakte te slepen voor verdere ontmanteling.
Het ongeluk
Maar op 6 november vloog de boel de lucht in. Volgens Vincent Becker gebeurde dat tijdens een routineonderhoud aan een van de pompen. “Ook al waren die niet meer in gebruik, er zat nog wel gas in de tanks en een serie explosies leidde tot een hevige brand.” Tien medewerkers konden zichzelf evacueren in een reddingssloep; één kwam bij de explosie om het leven en drie anderen waren veertig meter lager in zee gestort toen een gedeelte van het benedendek wegsloeg. Zij zijn nooit teruggevonden. Het waren allemaal bekenden van Vincent.
GETUIGENISSEN VAN DE VERSTEKELING OP DE MAMMOET III
De verstekeling
“Ab vertelde dat laat in oktober Scotty naar hem toe kwam.” Scotty is Scott Docherty, een van de twee Britten die bij het ongeluk zijn omgekomen. “Hij zei dat hij tijdens zijn ronde iemand had gezien in Trappenhuis C. Iemand die misschien niet tot de bemanning behoorde. Dat leek Ab stug en dat begreep Scotty zelf ook wel; daarom had hij ook zo geaarzeld om naar hem toe te komen. Die trappen daar zijn van gelaste roosters. Hij zei dat hij die figuur drie verdiepingen lager door de mazen heen had zien rondscharrelen, waardoor het allemaal wat onduidelijk was. Maar hij had geen overall gedragen en daarom besloot hij het toch maar te melden.”
De oranje veiligheidsoveralls zijn een verplicht nummer op booreilanden. Het niet dragen ervan komt je op een zware reprimande te staan – de eerste keer. De tweede keer vlieg je eruit.
“Hoe dan ook, Ab ging dus kijken, maar er was niemand. Als er al iemand was geweest, kon hij de gang in zijn gevlucht toen hij Scotty naar beneden hoorde komen en via Trappenhuis B alle kanten op zijn gegaan. Ab zei tegen Scotty dat hij waarschijnlijk een van zijn collega’s had gezien en dacht er verder niet over na. Totdat twee nachten later Jurgen met precies hetzelfde verhaal op de proppen kwam.”
Jurgen Rietvelds melding kwam ook uit Trappenhuis C. Het was midden in de nacht en Jurgen scheen nogal van slag te zijn geweest. Hij had een vreemd geluid gehoord, verklaarde hij aan zijn platformchef, een soort keelzang. Maar dat was niet wat hem het meest van zijn stuk had gebracht. Hij was hij er namelijk vrijwel zeker van dat hij naar een vrouwenstem had geluisterd. Er werken wel vrouwen in de offshore-industrie, maar die zijn sterk in de minderheid. In de skeleton crew van de Mammoet III waren er geen geweest.
Drie meldingen waren er gekomen in de week die volgde; een van twee mannen die zweerden op het leven van hun moeders dat ze een vrouwengestalte in ondefinieerbare kleding op het benedendek hadden gezien. De arbeiders waren stuk voor stuk geharde kerels, maar nu heerste er onrust. “Lange periodes op zee kunnen na een poos op je geestelijke gezondheid inwerken,” vertelt Becker. “De afzondering, de vermoeienis van de lange shifts: na een tijdje komen de muren op je af. Maar ik zag aan Ab dat dit anders was. En opeens begreep ik waarom.”
Melding 1
Scott Docherty, Trappenhuis C
Melding 2 t/m 5
Jurgen Rietveld en anderen,
Trappenhuis C en middendek
Waarneming Ab Havinga
Platformchef, benedendek
‘Look there, that’s her!’
Ab had haar namelijk zelf ook gezien. “Twee dagen voor de explosie, vertelde hij me. Buiten, op klaarlichte dag. Scotty was bij hem, ze daalden net de trappen van het boordek af of Scotty stoot Ab aan en roept: ‘Look there, that’s her!’ Ze stond bij de reling naar zee gekeerd, een dek lager. Nu zag Ab wat de mannen hadden bedoeld toen ze het over haar kleding hadden gehad: dat die zo lastig te beschrijven was geweest. Ze droeg namelijk helemaal geen overall of jurk. Ze droeg een dierenhuid.”
Dat was het punt waarop Vince het toch al twijfelachtige verhaal van de platformchef naar het rijk der fabelen verwierp. Toch had hij het eind van zijn verhaal aangehoord. “Ze had een soort staf vast waarmee ze naar de zee zwaaide, zei Ab. Ze hadden wel een halve minuut naar haar staan kijken, toen ze ineens zou hebben omgekeken. Daarna vlogen ze allebei de trappen af en toen ze daar aankwamen zou ze zijn verdwenen. Maar op het moment dat ze omkeek had hij haar gezicht gezien.”
Het gezicht van de vrouw was doorleefd geweest en de dierenhuid zou ze niet alleen als een mantel om zich heen hebben gedragen; die zat ook om haar hoofd, als een totemdier. Zoals sjamanen en medicijnmannen hertengeweien of wolvenkoppen droegen. “Alleen was dit geen wolvenhuid, zei Ab. Ze had de huid gedragen van een wolharige mammoet. En naast haar gezicht, bezwoer hij, hingen slagtanden.”